Danny Bryant: “Ik wilde een eerbetoon brengen aan mijn bluesinvloeden”

Danny Bryant

Op vijftienjarige leeftijd begon de Engelse zanger, gitarist en songwriter Danny Bryant (35) gitaar te spelen en in de afgelopen twintig jaar bewees hij tijdens talloze optredens een uitstekend gitarist te zijn in het bluesrockgenre. Eind januari verscheen zijn negende studioalbum, Blood Money getiteld.

De plaat werd geproduceerd door zijn goede vriend Richard Hammerton, die twee van de tien songs samen met Bryant schreef en daarnaast verantwoordelijk is voor alle toetsenpartijen en achtergrondzang. In augustus 2015 waren beide mannen, samen met bassist Alex Phillips en drummer Dave Reaburn, een maand lang in de Grange Farm Studios in Emneth in Cambridgeshire om het album op te nemen.

Dit is je derde studioalbum op rij. Wat was je bedoeling deze keer?
“Ik wilde deze keer een echt bluesalbum maken en alle songs moesten ook live gebracht kunnen worden. Daarnaast wilde ik een eerbetoon brengen aan de bluesinvloeden die ik in de afgelopen jaren heb gehad; we hebben hier een gezegde dat luidt dat je je invloeden moet koesteren en laten zien dat je er trots op bent. Het is dan ook een album geworden waarop te horen is door wie ik beïnvloed ben terwijl ik opgroeide, mensen als Albert Collins, Albert King en Jimmy Reed. Dit was de bedoeling voordat we eraan begonnen en ik ben blij met het resultaat, want het is ook precies geworden wat ik wilde.”

Ben je meteen de studio ingegaan of heb je eerst demo’s opgenomen met de band?
“Dat hebben we niet gedaan. Ongeveer twee maanden voordat we de studio ingingen had ik een afspraak met Richard, de producer. We hebben toen besloten welke songs we zouden gaan opnemen en we maakten wat ruwe demo’s, met een drumcomputer, bas en gitaar. Een maand later kwamen de beide andere bandleden [Alex Phillips, bas en Dave Raeburn, drums] erbij, zij kregen de demo’s mee en konden dan thuis of samen hun partijen bedenken of overnemen van de demo. Pas toen we daadwerkelijk de studio ingingen, waren we er alle vier.”

Richard speelde ook de toetsenpartijen in. In de song Unchained hoor ik toch echt een blazerssectie, maar die wordt niet genoemd in het cd-boekje.
“Zoals jij al in je recensie schreef, heeft Richard die blazers uit een van zijn keyboards gehaald. Uiteindelijk zitten die blazers op de achtergrond van het refrein en dus was het niet nodig om hiervoor echte blaasinstrumenten in te zetten. Bovendien hadden we er simpelweg geen tijd meer voor om die te zoeken en vast te leggen. Tegenwoordig gebeurt dit veel vaker bij plaatopnamen en het scheelt uiteraard ook in de kosten als je die sound uit een keyboard kunt halen en er geen echte muzikanten bij hoeft te halen. Zoals we het nu gedaan hebben klinkt het prima, wat mij betreft.”

Je mentor Walter Trout speelt en zingt mee op titelsong Blood Money, maar hij was niet bij je in de studio. Hoe ging dat in z’n werk?
“Dat is het mooie van de moderne techniek. Hij was een aantal bonustracks voor zijn nieuwe album Battle Scars aan het opnemen. Hij kon daarom niet hierheen komen en ik had zijn inbreng nodig, omdat we bijna klaar waren met de opnames. Ik had hem een tijd geleden gevraagd of hij wilde meedoen op deze song, want toen ik klaar was met het schrijven van Blood Money was ik ervan overtuigd dat dit in duetvorm zou moeten worden gezongen. En er was maar één persoon die hiervoor in aanmerking kwam volgens mij: Walter Trout. Gelukkig stemde hij meteen toe en was hij ook enthousiast over de song. We namen de basis van in onze studio op en lieten alle ruimtes vrij die voor hem bedoeld waren. Vervolgens stuurde ik deze opname met duidelijke instructies naar Walter via WeTransfer en hij nam zijn zang- en gitaarpartijen op in het huis van zijn producer Eric Corne in Los Angeles. Ik stuurde hem de bestanden ’s avonds toe en toen ik de volgende ochtend wakker werd, had hij alles al teruggestuurd, lekker snel en mede dankzij het tijdsverschil uiteraard. Hij heeft er iets geweldigs van gemaakt. Ik ben er heel blij mee en trots op dat hij dit heeft gedaan. Tegenwoordig nemen veel artiesten en bands op deze manier hun songs op, dus zonder dat iedereen tegelijkertijd in de studio aanwezig is. Als hij eerst naar Engeland had moeten vliegen om dan naar de studio te reizen, zijn partijen in te spelen en te zingen en dan een hotel moeten nemen en dan op z’n vroegst de volgende dag terug te vliegen… dat was veel te duur geweest, zeker omdat het maar om één song ging.”

In 2014 heb je met Walters band getoerd. Hoe was dat?
“Dat was echt geweldig om te doen, we hebben veel plezier gehad samen. Het was voor mij ook geweldig om zoveel van Amerika te zien, want ik was er nog nooit geweest. We waren er ongeveer zes weken en we speelden in veel verschillende staten, steden en kleinere plaatsen. Het was echt een fantastische ervaring!”

Heeft deze tournee ook interesse in jouw muziek opgeleverd?
“Jazeker. De hele tour was opgezet om een eerbetoon te brengen aan Walter en zijn muziek en dus speelden we voornamelijk zijn songs, maar op aandringen van Walter zelf heb ik ook elke avond een paar van mijn eigen songs gespeeld. Het was voor mij fantastisch om deze songs met deze geweldige muzikanten te spelen. Na afloop kreeg ik er veel goede reacties op en bleek dat ik er in de loop van die tijd toch wat Amerikaanse fans bij heb gekregen. Er is ook wel interesse om mij en mijn band naar Amerika te halen, maar tegenwoordig is het heel lastig om een visum te krijgen in de States. Tot een maand voordat ik het mijne aanvroeg, was het nog zo dat je een visum voor drie jaar kreeg. Nu is dat veranderd en moet je voor iedere keer dat je erheen wilt om te werken een nieuw visum aanvragen. Dus het is nu voor muzikanten van buiten Amerika veel lastiger geworden om daar te gaan optreden, helaas. Maar ik hoop toch om in de komende jaren alsnog daarheen te gaan.”

De andere gastmuzikant op het album is Bernie Marsden. Had je al eerder met hem gespeeld?
“Nee, ik ontmoette hem twee jaar geleden en sindsdien kwamen we elkaar drie of vier keer tegen op Britse festivals waar we allebei optraden. We kletsten altijd gezellig, konden het goed met elkaar vinden en we wisselden onze e-mailadressen uit. Toen ik bezig was om de songs voor het album te selecteren besloot ik Bernie te vragen of hij wilde meespelen op Just Won’t Burn, vooral omdat ik erg houd van zijn melodische manier van gitaarspelen. Hij kan met slechts een paar noten veel zeggen en ik wist zeker dat hij dit mooi zou kunnen doen in deze ballad. Hij zei meteen ja en het was een waar genoegen om hem in de studio te hebben. En om te zien en te horen hoe hij deze gitaarpartijen en de solo speelde, gelukkig op zijn beroemde 1959 Gibson Les Paul “The Beast”, die ik ook even mocht vasthouden. Maar ik gaf hem snel weer terug, want dat ding is echt een fortuin waard! Hij woont ongeveer twee uur rijden vanaf de studio en hij wilde graag komen. We namen de song in een middagje op en daarna reed hij weer naar huis. En ondertussen vertelde hij allerlei leuke belevenissen uit zijn tijd bij Whitesnake en daarna, wat echt lachen was!”

Tot nu toe zie ik zeer positieve recensies voor het album.
“Daar ben ik echt heel blij mee! Je weet van tevoren nooit hoe je eigen album wordt ontvangen door pers en publiek en het is toch iedere keer weer een verrassing als er veel positieve reacties komen. Natuurlijk ben ik er zelf van overtuigd dat het een geweldig album is, maar als veel anderen dat ook vinden, dan ben je extra blij met dat resultaat. Ik heb veel plezier gehad met het maken van deze plaat en als je dan leest en hoort dat anderen dat er aan af horen, dan is dat geweldig!”

Op 10 februari ga je uitgebreid door Europa toeren om het album te promoten. Helaas zie ik er geen Nederlandse concerten bij… of is dat een vergissing?
“We gaan zeker in Nederland optreden, in elk geval op enkele festivals in de zomer, maar meer mag ik daar nog niet over vertellen, sorry! We spelen eerst ongeveer drie weken door het Verenigd Koninkrijk, daarna gaan we naar Luxemburg, Polen, Tsjechië, Slowakije, Duitsland, Oostenrijk, Zwitserland en daarna enkele Britse festivals. We spelen altijd graag in Nederland – we hebben er niet voor niets onze live-dvd opgenomen. Dus we komen zeker spelen, maar nog even geduld met waar en wanneer! Ik ben blij dat Alex en Dave ook meedoen bij de komende concerten. Naast dat het geweldige muzikanten zijn, zijn het ook heel aardige kerels. We hebben altijd veel plezier samen.”

Tot een tijdje geleden werden al je Nederlandse boekingen gedaan door Rob Koning van Kingbee Music Agency. Nu niet meer, begreep ik?
“Klopt, we zijn nog altijd goed bevriend en we spreken elkaar nog regelmatig, maar hij is erg druk met verschillende bands en ik met mijn Duitse platenlabel. En mijn vrouw Kirby doet tegenwoordig het management en een deel van de boekingen. Daarnaast werk ik met boekingskantoren in verschillende landen. Ik heb echt heel wat jaren met Rob samengewerkt, altijd heel plezierig en zoals gezegd zijn we nog steeds goed bevriend.”

Op het album bespeel je maar liefst negen verschillende gitaren, waaronder jouw Fret King DBR Danny Bryant Signature Model, terwijl je live doorgaans alleen deze gebruikt.
“Klopt, maar omdat dit album toch anders is dan de voorgaande probeerde ik bij elke song uit welke gitaar daarbij het meest geschikt was. Uiteindelijk hoor je op een in de studio opgenomen cd toch veel meer nuances qua sound dan bij optredens. Verschillende gitaren kunnen ook verschillende ideeën opleveren. En die sound wordt natuurlijk niet alleen bepaald door de gitaar, maar ook door de stemming, de snaren en welke versterker en microfoons je gebruikt. We hebben daar dan ook ruim de tijd voor genomen om precies te bepalen welke gitaar voor welke song het meest geschikt was.”

Deze Signature gitaar is ongeveer twee jaar geleden gelanceerd. Verkoopt ‘ie een beetje?
‘Hij is nog steeds te koop en wordt nog steeds geproduceerd, dus ja. De laatste keer dat ik er iets over hoorde waren er ruim driehonderd van verkocht, wat voor een niet zo heel bekende gitarist als ik niet slecht is. Het gebeurt regelmatig dat ik bij concerten benaderd word door gitaristen die me vragen hun exemplaar te signeren. Zij zeggen altijd dat ze er graag op spelen. Je begrijpt, dat streelt mijn ego wel en ik zet er dan ook graag mijn handtekening op!”

Foto: Barbara van Geffen

0 Reacties

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *