Pinkpop 2015 – Festivalverslag

De zeer indrukwekkende line-up van Pinkpop 2014 werd dit jaar niet geëvenaard en hier en daar klonk flink wat kritiek op het programma. En dan blijkt, terwijl het festival al losgebarsten is, headliner Foo Fighters ook nog eens niet te kunnen komen door een beenbreuk bij frontman Dave Grohl! Maar ook zonder deze onvervangbare band stond er voor rockliefhebbers nog genoeg fraais op de verschillende podia, met oude en nieuwe helden als Slash, Faith No More, Eagles Of Death Metal en John Coffey, terwijl het weer voor het grootste deel ook nog eens meeviel. Een terugblik op een bijzonder weekend met een klein beetje teleurstelling, maar ook veel aangename verrassingen.

Vrijdag:
Het blijven eigenzinnige gasten, de mannen van Faith No More. Waar de meeste reüniebands festivals aangrijpen om er een flinke greatest hits-show van te maken, spelen de Amerikanen vandaag  juist heel veel werk van het onlangs verschenen Sol Invictus: hun eerste studioplaat in achttien jaar. Het album verraste in positieve zin, maar het blijft natuurlijk gewaagd om op een festival op Pinkpop je set op te bouwen met songs die nog niet in het collectieve geheugen zitten. Het is te danken aan de energie van zanger Mike Patton en de zijnen dat het op de 3FM Stage toch werkt. Man, wat heeft de band er zin in. Het podium is voor de gelegenheid omgebouwd tot een halve bloemenkraam, de heren zelf zijn, evenals de roadies, helemaal in het wit gestoken en meteen bij opener Motherfucker begint het gesleur en gegroove. Al vrij snel in de set komt prijsnummer Epic voorbij in een geweldig strakke uitvoering. Vanaf dat moment krijgt de overigens fantastisch zingende Patton een haast manische blik in zijn ogen en wordt alle schroom afgeworpen. Alleen die andere hit, de Commodores-cover Easy haalt het tempo een beetje uit het concert. Nee, dan liever de afsluiter Superhero, die qua epischheid met gemak kan wedijveren met de oude krakers. Dan is Patton overigens allang een keer in het publiek gesprongen en heeft hij de televisiecamera van de cameraman afgepakt. Ach, het blijft een maffe bende, dat Faith No More, maar wel in de goede zin des woords. [PG]

Rare fratsen hoef je niet bij de geoliede machine Elbow te verwachten. De band rond knuffelzanger Guy Garvey is naar Landgraaf getogen met een flink team strijkers en blazers en zorgt ervoor dat iedereen op het veld net even iets dichter bij elkaar gaat staan. Elbow heeft zich de kunst eigen gemaakt mooie breekbare liedjes die je toch met z’n allen mee kunt blèren af te wisselen met songs met een rauw randje. En hoewel het publiek er toch wat moeilijk in lijkt te komen – zou het met de immense regenbui eerder die middag te maken hebben? – speelt de band weergaloos. Hits als One Day Like This (vaak afsluiter, maar vandaag vroeg in de set) en Lippy Kids worden afgewisseld met moeilijker werk, waar het tweeluik Fly Boy Blue/Lunette en het aangrijpende My Sad Captains (beide van de laatste plaat) dikke hoogtepunten zijn. Als afsluiter Grounds For Divorce klinkt, zijn zelfs de meest cynische toeschouwers om. Garvey heeft dan al meerdere malen tijdens het concert gepeild hoe het ervoor staat met het publiek: “are you okay?” Nou, na het zien van zo’n optreden kan het zeker slechter. [PG]

tn_DSC_2108_4469

Na een erg sterk begin doet Elbow ondergetekende gaandeweg toch een beetje gapen. En wie kan je dan beter weer helemaal wakker schudden dan Slash? De als altijd onder zijn iconische hoed en achter een zonnebril verscholen gitaargrootheid propt samen met Alter Bridge-zanger Myles Kennedy en begeleidingsband The Conspirators zoveel mogelijk oude en nieuwe favorieten in één uur. Maar ook al houden recentere nummers als World On Fire en The Dissident de aandacht uitstekend vast, het zijn vooral de klassiekers uit het Guns N’ Roses-verleden van Slash (Sweet Child O’ Mine, Paradise City) en Velvet Revolvers Slither die voorkomen dat er vanuit het veld net zo lauw gereageerd wordt als bij bepaalde nummers van Faith No More eerder op de dag. De gitaarsolo’s van de meester eisen steeds de meeste aandacht op en waarschijnlijk kan op dit moment geen enkele beroemde vocalist zo goed overweg met het GN’R-materiaal als Myles Kennedy. Slash gaf onlangs in een interview aan een reünie van zijn oude band toch niet helemáál uit te sluiten, maar moet je dat willen als je al een zanger hebt die het oude werk tien keer beter kan dragen dan Axl nu? Wát een show! [DG]

LFL’s co-hoofdredacteur Martin Cuppens is een groot liefhebber van de zeer populaire, stadiongeoriënteerde rock van Muse, maar ondergetekende geeft direct toe weinig op te hebben met het trio. Een soort Rush voor tieners, zo zag ik Matt Bellamy en de zijnen altijd. De songs zitten knap in elkaar, maar ik voel er – in ieder geval op plaat – weinig bij. Maar natuurlijk snap ik ook direct waarom duizenden mensen op het veld deze eerste headliner van Pinkpop 2015 zo in de armen sluiten. De mannen weten wel hoe ze een show spectaculair moeten maken, terwijl er op het podium niets verloren gaat van de instrumentale virtuositeit. Uiteraard brengt Muse het recente album Drones onder de aandacht en werkt de band oudere favorieten als Plug In Baby, Time Is Running Out (met een leuke knipoog naar Led Zeps Heartbreaker) en Uprising vakkundig af. En er ontstaat zowaar een kippenvelmoment wanneer Ennio Morricone’s harmonicathema uit Once Upon A Time In The West klinkt, waarna er reusachtige zwarte ballonnen over het publiek heen stuiteren. Een fan zal ik nooit worden, maar het drietal sluit de eerste festivaldag op een ontegenzeggelijk indrukwekkende manier af. [DG]

Zaterdag:
Of je er blij mee bent of niet, singer-songwriters zijn helemaal hip tegenwoordig en ook op Pinkpop is er het een en ander te beleven binnen dit ‘genre’. Maar waar sommige vakbroeders zich beperken tot weeïge liefdesliedjes met nietszeggende teksten en slappe instrumentale begeleiding (een perfect voorbeeld daarvan, Douwe Bob, komt later op de dag nog even het podium op bij Anouk), brengt Jonathan Jeremiah doorgaans net wat meer power. De immer ietwat treurig kijkende Brit en zijn band wisselen op de 3FM Stage de nodige zwijmelballads af met meer opzwepende songs als Heart Of Stone – al zakt de spanning ondanks de prima stem van de zanger hier en daar toch een beetje weg. Op het podium gebeurt immers niet veel. Collega Paul Gersen vatte dit optreden na afloop perfect samen: ideale muziek om languit bij in het gras te liggen. [DG]

tn_DSC_7838_8452

De jonge Belgische Selah Sue swingt samen met haar zeskoppige band een eind weg in de zon. Het enthousiasme spat eraf en heeft een aanstekelijke werking op het publiek bij de 3FM Stage. Haar stem is live nog een stuk sterker dan op cd, en dat wil heel wat zeggen. Ook de muziek – een mix van soul, r&b en reggae – is meer dan een tandje heftiger. Ze begint met een aantal nieuwe nummers, maar gaat dan door met de hitjes. Als de eerste Anouk-fans vertrekken naar het hoofdpodium om daar een goed plekje te veroveren, begint het feest pas echt met Raggamuffin. Haar akoestische versie van Fyah Fyah is ook erg mooi. In Together, het nummer dat ze samen met Childish Gambino (Donald Glover) opnam, neemt ze zijn raps lekker eigenwijs gewoon voor eigen rekening. Niemand zal de Amerikaan gemist hebben. Afsluiter Crazy Suffering Style bewijst het nog een keertje: de talentvolle Selah Sue zet een heerlijke show neer om lekker bij te dansen in de zon. [EG]

Even is er die glundering in zijn ogen, het besef dat hij zojuist voor iets unieks heeft gezorgd. John Coffey-zanger David Achter de Molen staat op de handen van het publiek en krijgt van meters afstand een glas bier naar zijn hoofd gegooid, maar in plaats van het te ontwijken, vangt hij het nonchalant met een hand en neemt een slok. Chance: one in a million. Maar bij de Nederlandse punkrockers lukt vandaag alles. Goed, bijna alles, want er zijn wel wat technische problemen, maar die zijn te verwaarlozen als je ziet hoe het publiek de tent afbreekt. Nog nooit stond de band voor zo’n groot publiek, maar John Coffey heeft er geen moeite mee. Even wanen we ons op een festival in de jaren negentig, waar gecrowdsurft wordt en circle pits tot de orde van de dag behoren. Het zijn ingrediënten die bij een John Coffey-show horen, en ook gewoon blijken te werken bij het grote publiek. Een optreden om niet snel te vergeten. [PG]

Het gaat als een lopend vuurtje rond bij de rockliefhebbers op Pinkpop: hij is erbij. En met ‘hij’ wordt Josh Homme bedoeld, frontman van Queens Of The Stone Age. Vanavond zit hij echter op de drumkruk bij Eagles Of Death Metal, de band die hij met zanger/gitarist en oppersnor Jesse Hughes oprichtte, maar die doorgaans zonder hem op tour gaat. Even lijkt het of Hughes een beetje geïntimideerd is door zijn rossige vriend, want de beroepskwebbelaar houdt tussen de eerste paar nummers door zijn kaken stijf op elkaar. Maar als het schroom afgeworpen is, zien we ‘m zoals hij op zijn best is: als de pastoor van de kerk van rock & roll. Goed, de op ZZ Top en The Rolling Stones gestoelde songs worden misschien niet allemaal even strak uitgevoerd, maar knallen doen ze. EODM trakteert ons vandaag op een onvervalste rockshow, met gierende solo’s en gehak op de drum. Met dat in de raap kunnen we met gemak een show van Robbie Williams aan. [PG]

De tweede dag van Pinkpop wordt afgesloten met een entertainer van wereldformaat: Robbie Williams. Hij vatte zijn levensloop zelf even voor ons samen: “Ik ben geboren in 1974, ging naar school, ben mislukt op school, ging bij een boyband, werd dik, ging aan de drugs, werd weer dun, ging naar rehab, werd weer dik, zong Angels en toen werd ik een multimiljonair.” Duidelijk, toch? Een hele generatie is opgegroeid met zijn muziek, maar op het veld staan bezoekers van zo’n beetje alle leeftijden mee te zingen, te lachen en te bewonderen. De boodschap is meteen duidelijk: Let Me Entertain You. Williams heeft niet alleen de hits, maar ook de persoonlijkheid om er een dijk van een show van te maken. Hij is arrogant, maar op een manier die volledig terecht is en hem totaal niet misstaat. Integendeel, hij wordt er juist sympathieker van. Hij weet precies wat hij doet, ook al vergeet hij soms zijn tekst en zet hij een keer te laat in. Hij vloekt veel en luidruchtig, en het siert hem. Maar Williams is zeker niet alleen praatjes en persoonlijkheid. Naast zijn vele hits (Road To Mandalay, Candy, Come Undone, Feel, Kids, Rock DJ, She’s The One, Millennium, en ga zo maar door) speelt hij samen met zijn band vol blazers en imposante achtergrondzangeressen covers van o.a. Lorde, George Michael, Queen en R. Kelly. Hij draagt She’s The One op aan een vrouw in het publiek, en neemt een ander meisje mee het podium op tijdens Candy om met haar ‘naar bed’ te gaan – met hun hoofden komen ze boven een scherm uit waarop twee lichamen te zien zijn die volledig gekleed in bed bewegen op de muziek. Hij zingt de eerste woorden van zinnen van nummers en laat het publiek de rest doen, en komt er makkelijk mee weg. Hij is niet innovatief, heeft zichzelf niet hoeven vernieuwen, heeft zelfs al jaren geen nieuw album uitgebracht, maar zorgt er desondanks voor dat zijn publiek na afloop met een meer dan voldaan het veld verlaat. Maar niet voordat er flink geknuffeld en meegedeind wordt tijdens Angels. [EG]

Zondag:
Ja, Robbie Williams is – ook al blijken zijn vocale prestaties matig – een meesterentertainer, maar Frank Turner weet ondanks zijn minder bekende naam ook prima hoe hij een publiek aan zijn voeten kan krijgen. De punkachtige songs van de Britse singer-songwriter zitten vol hooks en hij speelt ze met dezelfde aanstekelijke energie als die van Bruce Springsteen. Turner blijkt een perfecte keuze voor de opening van de Main Stage op deze laatste Pinkpopdag. Een poging om in het Nederlands te zingen zorgt voor wat hilariteit in zijn set en de refreinen van onder meer Recovery en Glory Hallelujah krijg je de rest van de dag niet meer uit je hoofd. “There is no God”, klinkt het in die laatste. Waarschijnlijk is dat precies wat veel Pinkpopgangers dachten toen ze hoorden dat het optreden van Foo Fighters geannuleerd moest worden. Om het een beetje goed te maken, zet Turner nog even de Foos-hit Everlong in. Opnieuw een meesterzet van deze innemende folkpunkzanger. [DG]

tn_DSC_8359

Als naam is Foo Fighters natuurlijk zo goed als onvervangbaar op je festival, maar door Triggerfinger in te vliegen heeft Pinkpop in ieder geval toch nog eenzelfde portie hardrock op het hoofdpodium staan. Vanavond moeten de Belgen nog naar Groningen voor een optreden, maar de Main Stage sla je natuurlijk niet af. Het wordt een show zoals we die kennen van frontman Ruben Block en de zijnen: stoer gitaargegesel, uitgesponnen solo’s en een drumsolo hier en daar. Triggerfinger maakt het zichzelf echter niet gemakkelijk door veel relatief onbekend werk te spelen. Het publiek gaat echter goed mee, dankzij het charisma van Block. En godsamme, wat een briljante gitarist is het ook. Triggerfinger blaast de teleurstelling van het afzeggen van de hoofdact vandaag redelijk weg. [PG]

Ja, daar prijkt je naar ineens bovenaan het Pinkpop-affiche. Door het afzeggen van Foo Fighters is Pharrell gepromoveerd tot afsluiter van de zondag. Niet dat de zanger/rapper daar zenuwachtig van wordt. Hem lijkt het sowieso allemaal niet veel te kunnen schelen, aangezien hij het publiek begroet met ‘hello Amsterdam’. Ach, kan ons het wat schelen: als je zo veel hits gescoord hebt als deze meneer, kun je er de donder op zeggen dat je op een gegeven moment wat wereldvreemd wordt. En al die hits komen voorbij: van zijn recente krakers Happy en Lucky tot oud N.E.R.D.-werk en productiewerk als Drop It Like It’s Hot van Snoop Dogg. Goed, het is allemaal wel erg gladjes en je hebt eerder het idee dat je naar een musical zit te kijken dan naar een optreden, maar op de weg naar huis zitten we toch weer met dat ene deuntje in ons hoofd. [PG]

Pinkpop
Gezien op 12, 13 en 14 juni 2015
Foto’s: Luuk Denekamp

0 Reacties

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *