Het zijn mooie tijden voor de metalliefhebber: er is een generatie bands hard aan de deur naar de top aan het rammelen en het live-aanbod is verschrikkelijk groot. Hellfest, Graspop en binnen de landsgrenzen Into The Grave en Dynamo Metal Fest… je hoeft tegenwoordig niet eens meer ver te rijden om een lekkere portie gitaargeweld op een festival te horen. Maar door al die concurrentie werd Fortarock, traditiegetrouw gehouden in Nijmegen, de laatste jaren wel een beetje het kind van de rekening. Na een jaar van absentie is het festival in 2018 weer terug. Lust For Life toog naar het Goffertpark en zag een diverse line-up die zich ondanks het wisselvallige weer en wat technische problemen prima staande wist te houden.
Parkway Drive en Nightwish: wie de afgelopen jaren headliners als Rammstein, Iron Maiden en Slipknot op het affiche zag staan, moet waarschijnlijk concluderen dat Fortarock qua grote namen tegenwoordig in een andere poel bands vist dan dat het in het verleden deed. Tja, het festival heeft het de afgelopen jaren ook niet altijd even gemakkelijk gehad. In 2015 besliste de organisatie dat het de ticketprijzen flink omlaag moest gooien, omdat het deze niet in verhouding vond staan met de aan te trekken line-up. Vorig jaar werd Fortarock zelfs helemaal afgelast. “Door toenemende concurrentie, in binnen-, maar vooral het buitenland en de immer stijgende bandgages is het de laatste jaren steeds moeilijker gebleken om een goed en degelijk programma samen te stellen”, zo maakte de organisatie bekend. Dit jaar is het festival kleiner van opzet en wordt er niet ingezet op een metalband van de buitencategorie, maar op bepalende acts uit verschillende subgenres.
Verstomde skepsis
Zo is de vrijdag-headliner Parkway Drive misschien wel de grootste metalcore-groep van dit moment – een reputatie die de band ook op het podium waarmaakt. Ze stonden al eens op Fortarock, maar dat was voordat de Australiërs waren uitgegroeid tot een stadionband van allure. Grootste eye-catcher: de drummer die tijdens de show al drummend zo draait dat hij op zijn kop hangt, maar ook de grote hoeveelheden rook en vuurwerk maken indruk. De band opent met Wishing Well, de begintrack van het nieuwe album Reverence – een plaat die net als het uit 2015 afkomstige Ire veel aandacht krijgt. Met frontman Winston McCall heeft de groep een imponerende zanger in huis die het publiek uit zijn hand doet eten. De opgezweepte fans zorgen dan ook voor een kolkend bacchanaal waarbij niemand op de eerste rijen veilig is om niet opgeslokt te worden. Een show die enige scepsis over Parkway Drive als afsluiter doet verstommen.
We hebben dan al een reeks prima optredens achter de rug. Neem dat van de theatrale blackmetalband Watain. De groep speelt doordrenkt in bloed zijn donkere, bij vlagen zelfs wat lompe riffs en ook het publiek houdt de kleren niet schoon, zo blijkt als er een flinke schaal met rood vloeistof over de voorste rijen wordt gegooid. Verschillende fotografen lopen de rest van de dag rond met flink wat rode spetters op hun kleding. De band speelt nog het nummer Devil’s Blood, opgedragen aan de in 2014 overleden zanger Selim Lemouchi van die gelijknamige band en Watain eindigt zijn boosaardige mis met The Serpent’s Chalice van het album Sworn To The Dark. Indrukwekkend.
Geluidsproblemen
Het is echter niet allemaal koek en ei op het festival. Op het hoofdpodium kampt men met geluidsproblemen. Bij Body Count laat de kwaliteit al te wensen over, maar bij Arch Enemy knalt het geluid er zelfs twee keer helemaal uit. Dodelijk natuurlijk, dat je als toonaangevende melodic deathmetalband meerdere malen van het podium af moet terwijl men het euvel probeert te verhelpen. Zangeres Alissa White-Gluz zegt gekscherend dat het ligt aan het publiek dat ‘veel te metal’ was voor de PA en de band probeert twee keer goed terug te komen met een strakke, ietwat gelikte show, maar het momentum is dan al zo goed als weg. Ice-T en zijn Body Count weten zulke problemen even eerder te omzeilen. Goed, de band speelt niet altijd even strak (het zal te maken hebben met de tour die net is afgetrapt) maar met een rasentertainer als deze rapgrootheid weet je dat het goed komt. Zo wordt bijvoorbeeld afgetrapt met Slayers Raining Blood/Post Mortem. Leuk voor de mensen die traditiegetrouw de hele dag al de naam van die band scanderen. Helaas komt de single No Lives Matter daardoor niet zo goed uit de verf als op plaat. Maar de meeste aanwezigen staan toch voornamelijk te wachten op de nummers van de debuutplaat. Die komen dan ook meesterlijk aan bod. Copkiller, KKK Bitch, There Goes The Neighborhood, Bowels Of The Devil en Body Count: het publiek smult ervan, evenals van The Exploited-medley Disorder.
Toch is het waarschijnlijk Kreator die de vrijdag de meeste indruk maakt. De Duitse metalformatie is in alle opzichten geweldig. Het geluid in de tent is een verademing in vergelijking met het hoofdpodium, maar het zijn de mannen zelf die de show stelen. Old school metal en thrash krijgen hier de aandacht die ze verdienen. Op een prachtig opgetooide bühne komen natuurlijk de grote Kreator-‘anthems’ voorbij, terwijl het nieuwe Satan Is Real en titelnummer Enemy Of God uit 2005 hard worden meegeschreeuwd. De band blijkt expert in het combineren van snelle metal en melodie en dat dan ook nog volledig over te brengen op het publiek. Een show waar de oude fans van hebben gesmuld maar waar ongetwijfeld ook nieuwe zieltjes mee gewonnen zijn.
Theater Stage
Het grootste voordeel van de zaterdag is dat het weer een stuk beter is. Waar de vrijdag meer dan eens werd ontsierd door een zeurend buitje, blijft het vandaag zo goed als droog en breekt af en toe de zon door. Fijn ook voor het festival: geen grote modderboel en de dagjesmensen zijn in groteren getale aanwezig dat de dag ervoor. Fijn, want zo staat Vuur, aftrapper op het hoofdpodium, bijvoorbeeld niet voor een lege festivalweide. De band rond Anneke van Giersbergen heeft al aardig wat jaren podiumervaring, zo laat het hier zien: het geluid is strak, de muziek misschien wat generiek, maar met een stem als die van Van Giersbergen is dat niet zo erg. Die blaast er genoeg leven in. Ontwapenend: als ze met haar Brabantse accent even haar oude buren gedag zegt vanaf het podium. We blijven immers wel gewoon met de poten in de klei staan.
Nieuw in vergelijking met de dag ervoor en voorgaande jaren: de opening van de Theater Stage, een klein amfitheater waar verschillende bands een intieme show geven en waar verschillende ‘heavy chats’ zijn (rondetafelgesprekken met professionals uit de heavy music-industrie). Bands die op deze bijzondere plaats indruk maken zijn Death Alley en Dool, twee groepen die met een flinke dosis intensiteit erin knallen. Het is ook zeker geen pure metal die deze acts maken, maar op Fortarock is al jaren aandacht voor aanverwante stijlen. Een van de meest aparte verschijningen dit jaar is toch wel Igorrr, het geesteskind van de Franse multi-instrumentalist Gautier Serre. Voor het gemak wordt zijn muziek maar ‘barok-core’ genoemd, maar waar dat op neerkomt? Black metal meets oorverdovende elektronische beats en neofolk, gezongen door een klassiek geschoolde zangeres (Laure Le Prunenec) en een krijsende trol (Laurent Lunoir). Vermoeiend? Check! Afwisselend? Nogal! Boeiend? Zeker weten! Dat blijkt wel als het viertal – er is live ook een drummer van de partij – zaterdagmiddag menige metalmond open laat vallen tijdens de vijftig minuten durende show. Le Prunenec toont zich een overdonderend goede zangeres, Lunoir is in zijn maffe goblinpakje een perfecte publiekopzweper en de songs (of composities, zo u wilt) staan als een huis. Enige minpunt: waarom komt een fiks deel van de muziek uit het keyboard van Serre en heeft hij niet ‘gewoon’ een gitarist en bassist meegenomen? Maar verder geen klachten over deze op zijn zachtst gezegd bijzondere show.
Nog zo’n bijzondere verschijning: Avatar. De ster van de Zweedse groep is flink rijzende en da’s ook niet gek, want de band mixt op uiterst effectieve wijze knetterende death metal met Alice Cooper-achtige classic rock en groove metal, en presenteert zich op het podium ook nog eens als een ware circusact – en dat bedoelen we positief. De fiks geschminkte zanger Johannes Eckerström is een bijzonder sympathieke kerel en publiekmenner eerste klas en weet ook een groot deel van het Fortarock-publiek voor zich te winnen. Toegegeven: de band heeft wel eens strakker gespeeld en het show-element is op festivals toch wat minder indrukwekkend dan bij clubshows (neem het op alle fronten waanzinnige optreden in de grote Ronda-zaal van TivoliVredenburg eerder dit jaar), maar goed en vermakelijk is het optreden van de Scandinaviërs zeker. Om maar met de woorden van Johannes te spreken: ‘hail to the king!’
Progmetal goed vertegenwoordigd
Ook de progressieve kant van metal wordt op Fortarock gedekt. Het Amerikaanse Baroness combineert het met sludge-metal en stonerrock in epische songs met geweldige riffs en melodieën. De nadruk ligt vandaag vooral op de laatste twee platen van de band: Yellow & Green en Purple. Toch komt het hoogtepunt van een ander album: A Horse Called Golgotha van Blue Record (2009). Maar wat het meeste bijblijft na het zien van de show is het enorme speelplezier van de band. Dikke glimlachen, veel interactie met elkaar… nee, metal hoef je niet alleen maar met een bedrukt gezicht te spelen. Bij Opeth heb je nu niet meteen het gevoel dat je naar een van de belangrijkste progmetalbands van de afgelopen decennia staat te kijken: Mikael Åkerfeldt zou ook zomaar achter de kassa van een benzinestation kunnen werken, of als barman in het plaatselijke metalcafé. Maar zodra hij zijn gitaar aanslaat en zijn stem laat galmen, zuigt hij je mee in een donkere wereld met barokke melodieën en wijds uitgesponnen nummers. De band geeft een lesje een-festivalweide-bij-de-kladden-pakken en laat het publiek na slechts een uur voldaan en met kippenvel achter. Reden daarvoor: een geweldige uitvoering van topsong Deliverance.
Het voorkomen staat in schril contrast met Alestorm even daarvoor. Ooglapjes, kanonnen, accordeons, gelal over bier en andere alcoholische versnaperingen: deze band is niet vies van wat clichés en je weet altijd precies wat je krijgt bij deze wannabe piraten, maar leuk is het wel – mits je jezelf voorafgaand aan het optreden al hebt volgegoten met drank. Zie Alestorm maar gewoon als het minder getalenteerde neefje van Flogging Molly, Dropkick Murphys of Gogol Bordello: metal met een flinke dot folk, vol enthousiasme gebracht en altijd goed voor een feestje. En dat is dus ook precies wat het Fortarock-publiek voorgeschoteld krijgt: heerlijk meebrulbare songs, met ergens in het midden ook nog een lekker foute cover van het vreselijk domme dancenummer Hangover van Taio Cruz. Arr, enzo!
Het klapstuk van Fortarock dit jaar heeft een flinke Nederlandse tint. De Finse metalband Nightwish heeft immers sinds 2013 een Nederlandse zangeres: Floor Jansen, die dit weekend en passant ook nog even de Buma Rocks! Export Award in de wacht sleept. Volgens de jury is het ‘een goed bewaard geheim’ dat niet Anouk, Ilse DeLange of Caro Emerald de meest succesvolle Nederlandse zangeressen zijn in het buitenland: “Die eer komt Floor Jansen toe. In het buitenland zijn de bandleden van Nightwish echte rocksterren.” Mensen die grote namen als Iron Maiden en Rammstein gewend waren als Fortarock-afsluiters keken mischien even raar op toen Nightwish in datzelfde rijtje werd geplaatst, maar momenteel zijn er maar weinig symfonische metalacts die groter zijn. Goed, wellicht is de band geen allemansvriend en zijn er aardig wat metalliefhebbers die niet met deze muziek uit de voeten kunnen, maar de grote hoeveelheid bandshirts, de flinke drommen mensen die samengepakt voor het podium staan en het enthousiasme waarmee de band wordt onthaald, laten zien dat Fortarock zeker geen slechte keuze heeft gemaakt met het boeken van Nightwish. En man, wat geeft de groep een imposante show weg: vette beelden, veel vuurwerk en met Jansen heeft het een van de beste frontvrouwen van dit moment in huis. Het optreden doet zeker niet onder voor dat van Parkway Drive een dag eerder. Twee relatief moderne metalnamen die een festival dragen: Fortarock geeft daarmee een prima kijkje in de toekomst van de metal – en ook dat van zichzelf.
Fortarock
Gezien op 2 en 3 juni 2018 in het Goffertpark, Nijmegen
Foto’s: Bernard Bod
0 Reacties