The Jesus And Mary Chain in Paradiso

Broers Jim en William Reid hebben met hun band The Jesus And Mary Chain nogal een reputatie. Ruzie, kabaal en een geheel eigen, hypnotiserend geluid. Deze avond in Paradiso bleef de ruzie uit, maar kregen we verder precies waarop we hoopten.

De muziek van The Jesus And Mary Chain (dus niet Jesus And The Mary Chain, zoals de band talloze malen genoemd wordt, en de interviewvraag “wie is Jesus en wie is Mary?” hebben de leden ook al veel te vaak gehoord) heeft altijd gerust op twee pijlers: melodieuze, soms zelfs schuchtere zang gecombineerd met een onvoorstelbare bak lawaai. Soms staan die pijlers mijlenver uit elkaar en doet de zang aan The Beach Boys denken terwijl de combinatie van distorsie, feedback en Geräusch gedachten oproept aan een apocalyptisch spoorwegemplacement. Dat is vintage Mary Chain, zoals het nummer Upside Down, in 1984 hun eerste single. Soms is de muziek ook minder extreem en lijkt de combinatie van lawaai en zang op The Velvet Underground en Ramones. William Reid vertelde eens dat de band al die vervormde geluiden zelfs ooit toevoegde om niet te veel op die andere ‘broertjes’ te lijken. Twee pijlers, ‘Psycho’ en ‘Candy’, vandaar de naam van het legendarische debuutalbum. De nieuwe plaat Damage And Joy, net uit, valt vooral in de tweede categorie. Deze avond in Paradiso kwam het allemaal langs.

De band opent met Amputation, van het nieuwe album. ‘I’m a Rock ’n’ Roll Amputation’, zingt Jim Reid, een beeldspraak die de status van de band aardig verwoordt. Een overdreven ijverige rookmachine beneemt de toeschouwers zeker gedurende de eerste nummers een goed zicht op de band. De grijze wolk haar van broer William Reed torent erboven uit, de gelijkenis met Jiskefets Oeboema is treffend. De gehele avond beweegt hij slechts een enkele keer, om met zijn voet een pedaal af te stellen. Vast niet meer dat kapotte pedaal dat destijds mede het geluid bepaalde.

Twee kanten
Oude en nieuwe nummers wisselen elkaar af. In April Skies van Darklands (1987) mag William af en toe los met zijn gitaar. Jim zingt rustig, bijna zonder expressie. Bij rustige passages doet zijn stem zelfs denken aan die van Kurt Cobain. Tijdens het intro van All Things Must Pass legt hij zijn handen op zijn oren, ook op het podium moet het lawaai enorm zijn. Halfway To Crazy heeft een Velvet Underground-achtige sfeer, ook door de strakke drums zonder opsmuk (het is niet voor niets dat de band ooit een nummer genaamd Moe Tucker opnam). Binnen een uur, maar wel na zo’n vijftien songs, wordt het laatste lied aangekondigd: Reverence. ‘I Wanna Die’, zingt Jim Reid, nu steeds hoger schreeuwend.

Met Nine Million Rainy Days start de toegift, gevolgd door Just Like Honey, de publiekslieveling en de hit, als we daar bij The Jesus And Mary Chain van mogen spreken. Het intro (met de riff van Be My Baby van The Ronettes), doet hoofden heftig bewegen. Bij You Trip Me Up begint een groep jonge fans wild te springen, een nummer verder (The Living End) doen ook talloze grijze en kale hoofden mee. War On Peace lijkt met zijn rustige begin een vreemde afsluiting na zo’n kolkend geheel, maar wie Damage And Joy al heeft beluisterd weet dat ook deze song twee kanten heeft en eindigt in een apotheose van geluid. De twee kanten van The Jesus And Mary Chain komen daar weer bij elkaar en zo is het goed.

The Jesus And Mary Chain in Paradiso, Amsterdam
Gezien op woensdag 19 april 2017
Foto’s: Bernard Bodt

1 Reactie

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *