Was de 41e editie van Pinkpop een geslaagde? Het is maar hoe je het bekijkt. Qua organisatie en drukte was het zeker niet de meest gestroomlijnde. Hoewel het muzikale programma zeker hoogtepunten kende, bestond de dag vaak uit opvulling die het lange wachten op die ene afsluiter diende te verzachten. Dat Foo Fighters vrijwel alle overige indrukken deed verbleken, zegt dan ook veel over Pinkpop 2011. Maar wie de cynische bril afzette, met een biertje van het onverwacht prachtige weer genoot en zich liet onderdompelen in de traditioneel saamhorige sfeer, had –zoals altijd- drie briljante dagen.
Het is het jaar van de regenboog. Na een welverdiende hoosbui prijkt hij ineens boven het podium. Dave Grohl legt de show plat en wees naar boven: “Dit moet de eerste keer zijn dat er een regenboog bij een rockconcert te zien is!”, schreeuwt de frontman van Foo Fighters zichtbaar aangedaan naar het publiek, dat op dat moment helemaal uit zijn plaat gaat. Logisch: Foo Fighters laat zien dat een fantastisch concert veel meer is dan je nummers goed uitvoeren. Het draait om verrassing, communicatie en sfeer. En laten Grohl en de zijnen nu juist de enigen zijn dit weekend die daar een sport van maken. Het zorgt voor het hoogtepunt van Pinkpop 2011, waar de kwaliteit zeker te vinden was in een aantal duidelijke topbands, maar waar de kwalificatie ‘legendarisch’ misschien maar één keer gehaald werd.
De Staat
Pinkpop 2011 wordt dit jaar op het hoofdpodium geopend door het Nijmeegse gezelschap De Staat. De mannen zijn momenteel misschien wel de meest populaire alternatieve act van Nederland en hun Machinery-tour – waarbij een grote ritmische machine het land door wordt gesleept – was enorm succesvol. Ook deze zaterdagmiddag staat het gevaarte op het podium en eerlijk is eerlijk: de show zit vernuftig in elkaar. Hakkende stonerritmes, strakke staccato gitaarlijnen en veel beweging op het podium: Torre Florim en zijn mannen zijn op dreef. Het publiek moet er echter nog een beetje inkomen en dat is iets waar de band niet echt aan gewend lijkt te zijn. Ze hebben het af en toe een beetje moeilijk, maar weten zich er goed doorheen te slaan. En als publieksknaller Wait For Evolution wordt ingezet, is de dooi van het publiek voltooid. Een waardige opener.
Manic Street Preachers
De Staat is nog niet klaar met zijn show, of op het 3FM-stage klinken al de klanken van Motorcycle Emptiness. Manic Street Preachers is begonnen en zet terecht in op een greatest hits-show. Een slimme zet, want het is verbazingwekkend hoeveel goede bekende nummers de band in het repertoire heeft zitten. Zanger-gitarist James Dean Bradfield mag vandaag niet briljant bij stem zijn, energiek is het wel. En wanneer If You Tolerate This Your Children Will Be Next wordt ingezet, blijkt het complete veld niet kippenvelproof te zijn. Dat deze heren ook een dagje ouder worden, blijkt niet uit de energie die van het podium af spat. Misschien dat er wat meer nieuwer werk had mogen worden gespeeld, maar voor de oudere fan is dit een feest der herkenning.
Elbow
Vervolgens laat Elbow op het hoofdpodium zien hoe je wél de aandacht vasthoudt. De band bewijst zich wederom als één van de eigenzinnigere uit de Britpop-scene, door een behoorlijk ingetogen setlist te spelen. Opener The Birds wordt gevolgd door het serene Lippy Kids; songs waarop het lastig rondspringen is, maar die wel wonderschoon worden uitgevoerd. Extra waardering scoort de band ook met de heerlijk bescheiden en geestige frontman Guy Garvey. “Het spijt me, maar ik moet toch even zeggen dat ze het in Duitsland beter deden”, geeft hij aarzelend toe nadat hij het publiek klaargestoomd heeft voor het meezingen van doorbraakhit Grounds For Divorce. Stampende rock heeft Elbow immers wel degelijk in het repertoire. De keuze om die een bijrol te laten spelen, leidt er juist toe dat Elbow een van de opvallendste en mooiste acts van deze Pinkpop-editie uitpakt. De rustige set wordt -toch nog volgens verwachting- afgesloten met festival-anthem bij uitstek: One Day Like This.
Coldplay
Het eerste dillema van de dag: Alter Bridge en Selah Sue bezoeken, of de voor Elbow bemachtige plaats vooraan behouden voor Coldplay? Hun landgenoten van Coldplay, de eerste grote naam van deze editie, volgen hen immers op. Er mag wat van ze verwacht worden: met een gage van meer dan een miljoen euro is het de duurste Pinkpop-act ooit, die meer gekost schijnt te hebben dan de rest van het zaterdagprogramma bijeen. Twintig minuten te laat (en dus te kort) spelen is dan niet netjes, maar dat is snel vergeven. Het ooit zo breekbaar klinkende indiebandje is inmiddels een stadionact geworden die soms nog ontroert, maar vooral overdondert. Zelfs singles van de matige plaat X&Y, zoals de afsluitende toegift Fix You, pakken live uit tot grootse poprocksongs.
Bijzonder veelbelovend zijn bovendien de nieuwe songs die Coldplay opvoert. Afgaande op wat we daarvan horen, is de band goed op weg de artistieke groei van het laatste album verder uit te bouwen. Even laat Chris een steekje vallen, als hij tijdens Politik zijn tekstregels kwijt is. “Sorry, it’s gone,” lacht hij nerveus. Stiekem is het vooral heel leuk om de goedbetaalde jongen even van zijn kwetsbare kant te zien. Dankzij Coldplay eindigt de maandag in een totale jubelstemming, en houden de owooo-koren van Viva La Vida ons nog lang uit de slaap.
Kings Of Leon
Aan Kings of Leon de eer om de tweede Pinkpop-dag af te sluiten. Van de drie slotacts bewijzen de Amerikanen zich echter als de zwakste. Natuurlijk staat Sex on Fire garant voor een grasveld vol uitzinnig schreeuwende festivalgangers, maar wat heeft de band verder nog te bieden? De opvolgsingle Use Somebody wordt gretig ontvangen, maar om nou te spreken van potent rammende rock? Het zijn de twee songs waar iedereen duidelijk op zit te wachten, want verder is het een lauwe bedoeling in een setlist van weinig sprekende nummers. Dat het veld massaal leegstroomt na Sex on Fire, terwijl de band nog niet uitgespeeld is, zegt alles al. Kings of Leon lijkt een wat grauwe rockband die door één succesje omhooggevallen is, maar een plek op het hoofdpodium met moeite eer kan doen.
Kaiser Chiefs
Terwijl we wachten op de slotact, is het Kaiser Chiefs die ons alvast mag opwarmen voor de Foo Fighters. De hype is er inmiddels een beetje van af, nu het grote succes van singles als Ruby en I Predict A Riot is weggeëbt. Songs die bovendien niet bepaald de meest rauwe randjes van de rock opzoeken, maar live valt het gelukkig een stuk beter op zijn plaats. Kaiser Chiefs geeft een sterk, opzwepend optreden vol klassieke meezingers die dankbaar worden meegebruld. Het was even afwachten of de band nu nog op zijn plek zou zijn op de prominente mainstage, maar live dwingt de band stukken meer respect af dan hun radiovriendelijke rock doet vermoeden.
Foo Fighters
Het omslaan van het weer maandagavond blijkt een teken aan de wand te zijn bij het slotoptreden. Drie dagen lang waren de onvoorspelde zon met af en toe een wolkje goed toeven op de festivalgrond in Landgraaf. Maar zoals dat gaat met zelfs de goede dingen des levens: af en toe wat verandering kan nooit kwaad. En daarom is het eigenlijk een godsgeschenk dat bij de eerste noten van Foo Fighters er een heus wolkbreukje plaatsvindt boven het terrein. De poncho’s worden uit de tas getrokken, maar de bui werkt juist verfrissend: net als het optreden van Dave Grohl en band. Waar het hele weekend bands wel goed presteerden, blijkt hier ineens dat een goede liveshow veel meer is dan dat. Al bij het opkomen van Foo Fighters wordt duidelijk dat we hier te maken krijgen met een concert dat je gaat bijblijven. Grohl lult met het publiek, maakt grapjes, is zichtbaar blij en als dan ook nog eens een hele regenboog boven het veld te zien is, is de sfeer compleet. De set van de Foo’s bestaat uit hits, maar ook veel nieuw werk van de laatste plaat Wasting Light komt voorbij. Het blijkt allemaal prima te passen en het publiek heeft de nummers allang in de armen gesloten. Instant klassiekers dus. Als de band ook nog eens een half uur langer doorgaat, Tie Your Mother Down van Queen covert onder het mom van ‘vinden jullie het erg als we eens een nummer doen wat wijzelf helemaal te gek vinden’ en een setlist aflevert waarin ieder album goed is vertegenwoordigd, dan weten we het zeker: beter dan dit krijgen we niet. Foo Fighters is precies wat Pinkpop in 2011 nodig heeft.
Foto’s: Sander Baks | www.sanderbaks.com
0 Reacties